De TU Delft heeft een nieuwe aanpak om de sociale veiligheid in de wijk te vergroten. Uit onderzoek blijkt dat het gevoel van veiligheid in een buurt vergroot wordt door het ontwerpen van gemeenschappelijke ritmes. Deze ritmes stimuleren sociale cohesie. De Digitale Steden Agenda zoekt in samenwerking met de TU Delft steden die op deze innovatieve manier de veiligheid in hun wijk willen aanpakken.
Ritmes
Door de technologische ontwikkelingen, het internet en flexibele werktijden zijn oude ritmes niet meer van toepassing geeft onderzoeker dr. Caroline Nevejan aan:
We werken niet meer van 9 uur tot 17 uur, de winkels sluiten niet meer tegelijk om 18 uur en zondagochtend zitten we niet allemaal in de kerk.
Er zijn wel nieuwe ritmes te ontdekken. De winkels sluiten in dat buurtcentrum allen om 21 uur, om 12 uur staan alle moeders een kwartier te vroeg op het schoolplein te wachten op hun kind en s’avonds zitten we massaal op het internet. Weten wie wanneer waarmee bezig blijkt behalve geruststellend, ook handig. Naar ritmes handelen en gemeentelijk beleid of surveillanceroosters hierop aanpassen gebeurt namelijk nog niet.
Ritmeonderzoek
Behalve het belang van ritmes voor de veiligheid in de wijk, blijkt uit onderzoek dat interveniëren op ritmes het efficiëntst is: de minste investering voor de hoogste opbrengst in veiligheid. De TU Delft gaat daarom innovatief voor het eerst ritmes als ontwerpruimte beschouwen en wijdt er een apart onderzoek aan toe. Dit biedt nieuwe handelingsperspectieven. Daarvoor moeten ritmes echter eerst geïdentificeerd worden. Vervolgens kan bepaald en getoetst worden welke simpele interventies ingezet kunnen worden om de veiligheid in de buurt te vergroten. Dit wordt aan de hand van simulaties gedaan.
Big data simulaties
Onderzoekers van TU Delft werken samen met onderzoekers van AMS, het Amsterdams Instituut voor Advanced Metropolitan Solutions om de simulatie van ritme in blokken en buurten te maken. Ook 3 kunstenaars worden in de samenwerking betrokken. Voor de simulaties worden beschikbare (open) datasets en informatie direct uit de wijk gebruikt. Zo worden ritmes ontdekt, breuken in ritmes gezocht en effecten van mogelijke interventies getest. Vervolgens worden mogelijke interventies in de praktijk getoetst en worden bijvoorbeeld surveillanceroosters van wijkagenten erop aangepast. Data die gebruikt worden zijn onder andere verkeersdata en data over mobiele telefoon en energieverbruik. Maar ook openingstijden van scholen, winkels en sportcentra.
Wat levert het de stad op?
Dit onderzoeksproject creëert de fundering voor en aantal nieuwe inzichten en gereedschappen voor beleidsontwikkeling en stedelijke ontwikkeling. Deze inzichten en gereedschappen zijn van belang voor lokale, regionale en uiteindelijk ook nationale politici en beleidsmakers, voor sociale organisaties in onderwijs en zorg, voor de politie, voor het bedrijfsleven. Concreet voor de stad levert het op:
- Slimme informatie voor handhaving en beleidsvorming. Het onderzoek levert nieuwe inzichten in een buurt of wijk van jouw stad en welke factoren van belang zijn om het ritme van een buurt vast te stellen. Er vindt analyse plaats van specifieke data van de deelnemende wijk.
- Visualisatie van de buurt. Het onderzoek creëert een interactieve simulatie waarin het gemeenschappelijk ritme van een buurt kan worden gevisualiseerd. Deze visualisatie is gebaseerd op werkelijke data van een specifieke buurt.
- Landelijke kennisontwikkeling en -deling: In verschillende workshops worden ook ervaringen en inzichten van verschillende steden met elkaar gedeeld, waardoor ook kennisontwikkeling rondom veiligheid in verschillende buurten in Nederland plaats vindt.
- Samenwerking met stakeholders uit de wijk of stad om specifieke simulaties die voor hen interessant zijn uit te voeren.
Doe mee!
De TU Delft zoekt minstens vijf steden die koploper willen zijn en willen deelnemen aan het ritmeonderzoek. Voor iedere gemeente die meedoet is het van belang om naast een investering in het wetenschappelijk onderzoek, ook tijd van medewerkers en ook een bedrag te reserveren om de eigen lokale data beschikbaar te maken en in de simulatie in te voeren. Het traject duurt een jaar. De gemeenten Den Haag en Amsterdam hebben interesse om deel te nemen inmiddels getoond. Ook met de gemeente Haarlem staat een afspraak gepland.De DSA faciliteert, ondersteunt en zorgt dat opgedane kennis verspreid wordt.
Workshop 7 april
Samen met de drie betrokken onderzoekers van de TU Delft, Dr. Caroline Nevejan, Dr. Ir. Marielle den Hengst-Bruggeling en Ir. Afaina de Jong organiseert de DSA op donderdag 7 april een inspiratie- en demonstratieworkshop met extra informatie over dit onderzoek. De workshop is bedoeld voor steden die geïnteresseerd zijn deel te nemen aan het onderzoek, maar eerst meer informatie wensen. Houd hiervoor de website in de gaten. Neem voor meer informatie contact op met Fatiha Alitou.
Je kunt niet meer reageren.